Reeën spotten in Ketliker Skar, adellijk cultuurbos en heide bij Heerenveen

Reeën spotten in Ketliker Skar, adellijk cultuurbos en heide bij Heerenveen

Publicatiedatum: 10 maart 2015
Reporter: Albert Hendriks – Friesland Holland Nieuwsdienst – www.friesnieuws.nl

Tip

Reeën spotten in Ketliker Skar, adellijk cultuurbos en heide bij Heerenveen

Prachtige grote ogen, een wit wipstaartje en hoge soepele sprongen. Reeën zijn erg schuw, dus je moet voorzichtig kijken. De gids van It Fryske Gea weet de beste plekken om reeën te spotten. Foto: Anton Huitema.
Prachtige grote ogen, een wit wipstaartje en hoge soepele sprongen. Reeën zijn erg schuw, dus je moet voorzichtig kijken. De gids van It Fryske Gea weet de beste plekken om reeën te spotten. Foto: Anton Huitema.

HEERENVEEN (NL) – It Fryske Gea organiseert op woensdag 1 april 2015 van 15.00 tot 17.00 uur een jeugdexcursie in het Ketliker Skar, nabij Heerenveen. Laarzen en een verrekijker worden aangeraden. Aanmelden voor de excursie kan tot dinsdag 31 maart 15.00 uur via het Bezoekerscentrum van Nationaal Park De Alde Feanen, tel. 0511-539618. Deelname is voor leden van It Fryske Gea gratis op vertoon van de ledenpas, niet-leden betalen € 4,-.

Elbrich van der Velde, medewerkster Voorlichting & Educatie Nationaal Park De Alde Feanen en It Fryske Gea: “Onderweg ontdekken en leren we van alles over de bewoners van het bos. In het Ketliker Skar leven namelijk veel verschillende dieren. We gaan op zoek naar de pootafdrukken van de reeën in de modder en luisteren naar het kloppen van een specht. Tijdens de zoektocht naar de reeën zullen we veel meer dieren tegenkomen. Misschien zien we wel een uil of een das.”

Ketliker Skar
Het Ketliker Skar is een natuurgebied dat ongelooflijk rijk is aan variatie en bestaat uit verschillende deelgebieden. De Ketlikerheide bestaat voornamelijk uit heide, afgewisseld met grasland en water. Gras en heide zijn ook te vinden in het deelgebied Ketliker Skar dat voornamelijk uit cultuurbos bestaat. De Tsjongerdellen vormen het beekdal van de beek de Tsjonger. De Marijkemuoidobbe is een poel in het aantrekkelijke landschap.

Adellijk cultuurbos
Het Ketliker Skar bestaat voor het grootste deel uit cultuurbos op heidegrond dat aan het eind van de negentiende eeuw werd aangelegd door de familie Bieruma Oosting. De lange, rechte lanen geven het bos iets statigs, maar het ging de eigenaar niet alleen om het aanzicht. Houtproductie en jacht maakten het gebied functioneel. It Fryske Gea nam het Ketliker Skar in 1969 over van de familie Bieruma Oosting. Tot het bezit behoort ook het jachthuis, It Slotsje.

Exotische bomen en robuuste Hooglanders
In het bos zien we een grote afwisseling in bomen. Behalve de inlandse eiken zijn er ook soorten aangeplant die hier eigenlijk niet thuishoren, zoals witte paardekastanje, tamme kastanje, Japanse larix, douglasspar en pontische rododendron. Het bos wordt begraasd door Schotse Hooglanders. Daardoor worden de randen van de open stukken wat minder strak beheerd.

Fraai reliëf
De Ketlikerheide is het terrein van de geelgors. Deze vogel voelt zich goed thuis in dit halfopen landschap. Opvallend aan het heideterrein is het verschil in reliëf. Deels is het hoog en droog, langs de vennetjes vochtig. Waar de heide uit oogpunt van beheer is afgeplagd, is weer een mooie deken ontstaan die de bodem bedekt. Het is een tapijt van struikheide, gewone dopheide en kraaiheide.

Oude meanders
Van een heel andere orde zijn de Tsjongerdellen, een overblijfsel van het oude beekdal van de Tsjonger. De rivier zelf kronkelde na de kanalisatie niet meer, maar de oude meanders zijn in het beekdal weer opnieuw uitgegraven. Het dal grenst aan het Ketliker Skar. Eigenlijk zou het een natuurlijke overgang moeten zijn tussen bos en dal, maar helaas snijdt een druk bereden weg de beide terreinen in tweeën. Voor een groot deel bestaat de Tsjongerdellen uit lage graslanden met veel sloten en oude meanders. De graslanden staan ’s winters vaak onder water, met als gevolg dat in het groeiseizoen dotterbloem, echte koekoeksbloem en waterkruiskruid zich in overvloed kunnen ontwikkelen. In het vochtige hooiland komen enkele weidevogels als grutto, slobeend, watersnip en wulp tot broeden.

Restant van een pingoruïne
De Marijkemuoidobbe is waarschijnlijk een restant van een pingoruïne. De dobbe bestaat uit twee langwerpige uitgeveende poelen. De ene poel heeft een dichte begroeiing van gele plomp, met langs de oever liesgras en grote lisdodde. De andere heeft een heel ander aanzien. Waterplanten zijn hier nauwelijks te vinden, maar langs de wal is de begroeiing weelderig met hoge cyperzegge, waterscheerling, gele lis en bitter-zoet.

Bezoekerscentrum
Het onbemande informatiecentrum ‘It Beekpronkje’ ligt aan de Schoterlandseweg te Katlijk.

Informatiepaneel
Bij de ingang aan de Schoterlandseweg en bij de ingang bij de Tjongertoer staan informatiepanelen.

Rolstoelvriendelijk
In het Ketliker Skar ligt een twee kilometer lang rolstoelvriendelijk pad.

Parkeerplaats
Bij de ingang aan de Schoterlandseweg en tegenover de uitkijktoren zijn parkeerplaatsen.

Toegankelijkheid
Het Ketliker Skar is vrij toegankelijk.

Toilet
In het informatiecentrum is een toilet.

Uitkijktoren
Vanaf de hoge uitkijktoren de ‘Tjongertoer’ zijn de Tjongerdellen prachtig te overzien.

Wandelroutes
In het Ketliker Skar zijn meerdere wandelroutes uitgezet. Er is ook een digitale wandelfolder beschikbaar die u kunt downloaden via deze link: http://www.itfryskegea.nl/Uploaded_files/Zelf/Natuurgebieden/S%C3%BAd/Ketliker%20Skar/IFG%202008-2%20KetlikerSkar.pdf

Meer informatie:
www.itfryskegea.nl
www.goudenfriesewouden.nl

Katlijk ten oosten van Heerenveen. De geschiedenis van Katlijk gaat terug tot in de dertiende eeuw. Het is bekend dat er in 1254 een kapel stond waarbij geleidelijk aan een buurtschap ontstond. In 1525 kreeg de buurtschap een eigen kerk, de huidige Thomastsjerke, waardoor het een dorp werd. In de zestiende eeuw werd Katlijk een turfdorp, omdat een compagnie hier turf liet delven.

[widgetkit id=29]